Onvolledige of onjuiste informatie over het pensioen brengt burgers dagelijks onnodig in problemen. Het nieuwe pensioenstelsel verandert daar weinig aan. Het Verbond Financiële BeroepsOrganisaties (VFBO) roept op tot belangrijke aanpassingen.
Dat doet het VFBO in zijn reactie op het Wetsvoorstel toekomst pensioenen, dat momenteel ter consultatie voorligt. In die reactie benadrukt het VFBO dat het de noodzaak tot aanpassing van de huidige pensioenwetgeving onderschrijft. “De gekozen richting (een beschikbare premieregeling met voor iedereen eenzelfde premiepercentage, resulterend in een ‘eigen’ pensioenpot) kan bijdragen aan een eenvoudiger pensioenlandschap”, aldus VFBO-vicevoorzitter Anneke Janssen.
“Nederland is gebaat bij beter uit te leggen pensioenregelingen en meer overeenkomsten tussen de diverse regelingen. Goede informatie is daar een onlosmakelijk onderdeel van.” Het VFBO wijst erop dat het niet alleen gaat om de wijze, de inhoud en het moment waarop pensioengerechtigden aan informatie kunnen komen. “Het is belangrijk dat die informatie ook beschikbaar komt voor de adviseur die door de pensioengerechtigde is verzocht hem of haar te begeleiden. Sterker nog, dit aspect is cruciaal voor het succesvol implementeren van het nieuwe pensioenstelsel.”
Vijf concrete aanbevelingen
In zijn consultatiereactie gaat het VFBO op verschillende onderdelen van het Wetsvoorstel toekomst pensioenen in. Van informatievoorziening in het algemeen, tot de rol van de werkgever en die van de adviseur, maar ook op specifieke deelonderwerpen als het nabestaandenpensioen en het partnerbegrip. De vijf meest concrete en meest belangrijke aanbevelingen zijn:
- Integraal pensioenadvies moet een belastingvrije employee benefit zijn. Als de werkgever deze kosten niet vergoedt, dienen de advieskosten aftrekbaar te zijn voor de Inkomstenbelasting.
- Het Pensioenregister is een centrale informatieplaats. Naast het huidige overzicht van opgebouwde en op te bouwen AOW en pensioenen moeten daarin ook (netto) lijfrenten van de pensioengerechtigde (in de 3e pijler) zichtbaar worden. Dit verschaft ook adviseurs betere informatie, wat leidt tot kwalitatief beter pensioenadvies voor consumenten.
- Het VFBO pleit voor verplichtstelling van een nabestaandenpensioen met een vaste dekking van 50% van het salaris voor het partnerpensioen en 20% voor het wezenpensioen (40% volle wezen). Dit is een relatief eenvoudige en betaalbare uitbreiding, met grote positieve gevolgen voor nabestaanden van een pensioengerechtigde.
- Deelnemer moeten bij uitdiensttreding en bij echtscheiding de mogelijkheid krijgen de risicodekking van het (bijzonder) partnerpensioen vrijwillig voort te zetten tot uiterlijk de pensioendatum, zónder dat hierbij gezondheidswaarborgen hoeven te worden geleverd. Hiermee wordt het grootste nadeel van een nabestaandenpensioen op risicobasis beperkt.
- Het VFBO beveelt sterk aan om bij samenwonenden zonder contract de inschrijving in het BRP als onvoorwaardelijke verplichting op te nemen. Dit om te komen tot een echt uniform partnerbegrip en het voorkomen van interpretatieverschillen.
Het VFBO gaat graag in gesprek met de minister om zijn standpunten nader uit te leggen